• kla·ver·veld
enkelvoud meervoud
naamwoord klaverveld klavervelden
verkleinwoord klaverveldje klaverveldjes

het klaverveldo

  1. (landbouw) stuk land waarin klaver is gezaaid
     De drie mooiste kalveren gingen dood, omdat zij ze zonder drinken in het klaverveld lieten lopen en zij wilden maar niet geloven, dat de klaver hun maag te veel had uitgezet en tot troost vertelden zij hem hoe bij de buren in drie dagen tijds honderdtwaalf stuks vee waren omgekomen.[2]