• ki·ni·ne
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘extract van kinabast tegen koorts’ voor het eerst aangetroffen in 1826 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kinine -
verkleinwoord - -

de kininev / m [3]

  1. (medisch) (drinken) extract van de bast van plantensoorten uit het geslacht Cinchona  , gebruikt als middel tegen koorts en om dranken een bittere smaak te geven
76 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[4]