kinderhoofdje
- kin·der·hoofd·je
- samenstelling van kind en hoofdje met het invoegsel -er-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kinderhoofdje | kinderhoofdjes |
verkleinwoord | - | - |
het kinderhoofdje o dim. tant. [1]
het kinderhoofdje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kinderhoofd
- Het woord kinderhoofdje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.