kievit
- kie·vit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kievit | kieviten |
verkleinwoord | kievitje kievietje |
kievitjes kievietjes |
de kievit m
- (steltloperachtigen) Vanellus vanellus een soort weidevogel
- Het rapen van de eieren van de kievit is een traditie in Friesland.
- andeskievit, Australische kievit, bruinborstkievit, cayennekievit, Chileense kievit, diadeemkievit, Ethiopische kievit, grijskopkievit, Indische kievit, Indische sporenkievit, Javaanse kievit, langteenkievit, lelkievit, malabarkievit, maskerkievit, rouwkievit, sporenkievit, steppekievit, witkruinkievit, witstaartkievit, zwartkopkievit, zwartvleugelkievit
1.
- Het woord kievit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kievit" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be