kerkdak
- kerk·dak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerkdak | kerkdaken |
verkleinwoord |
het kerkdak o
- de bovenste bedekking van een christelijk religieus gebouw
- De entree was gratis, maar uiteraard stonden er inzamelingsbussen voor een vrijwillige bijdrage voor de renovatie van het kerkdak, die voor de zomer moet zijn afgerond. Dan moeten onder meer de panlatten de de dakpannen zijn vervangen, moet de kerk voorzien zijn van nieuwe dakgoten en wacht er nog heel wat schilderwerk. [2]
- De jongens van 18 en 19 jaar waren na bezoek aan het café op het dak geklommen. De politie gaat uit van kattenkwaad maar zegt dat hun actie door de grote hoogte van het kerkdak zeer gevaarlijk was. [3]
- Na jaren restaureren gaat de Oude Kerk opnieuw in de steigers. Maar nu vanwege kunst. Een tijdelijk bezoekersplatform van de Japanse kunstenaar Taturo Atzu op het kerkdak moet mens en erfgoed nader bij elkaar brengen. Het is een gewaagd en nu al omstreden project. [4]
1. de bovenste bedekking van een christelijk religieus gebouw
- Het woord 'kerkdak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kerkdak" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 17-05-08 Korenavond als spetterende finale
- ↑ Tubantia 21-08-13 Jongens met hoogwerker van kerkdak gehaald
- ↑ Het Parool WANDA NIKKELS 12 MEI 2015 Dak van de Oude Kerk wordt onderdeel van omstreden kunstproject
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be