kennissenkring
- ken·nis·sen·kring
- samenstelling van kennis en kring met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kennissenkring | kennissenkringen |
verkleinwoord |
de kennissenkring m
- de groep van mensen die je (niet heel goed) kent
- Maar de man gaat door. Hij is miljonair geworden omdat hij gewend is zijn doelen te halen. Stick to the plan. Hij vertrok na een groot feest in de haven waar zijn boot werd gedoopt. Zijn gehele vrienden- en kennissenkring was erbij en dronk dure champagne op zijn kosten. Ze bewonderden zijn moed en waren jaloers op zijn besluit om op avontuur te gaan. Na een paar maanden alweer terugkeren was geen optie. [1]
- Ik was ook seksverslaafd, vanaf mijn achttiende. Het was heel simpel: als het slecht met mij ging, dan had ik seks. Ik zocht mannen op uit mijn vrienden- of kennissenkring, en daarna kon ik er weer even tegenaan. Als het drie keer in de week slecht ging, dan kon ik zo seks hebben met drie verschillende partners.[2]
1. de groep van mensen die je kent
- Het woord kennissenkring staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kennissenkring" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Zwagerman, MarianneLeven als Jarmund ISBN 978-90-214-5595-2 pagina 9
- ↑ NRC Ingmar Vriesema 10 april 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be