• ka·rak·te·ro·lo·gisch
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen karakterologisch karakterologischer
verbogen karakterologische karakterologischere
partitief karakterologisch karakterologischers -

karakterologisch

  1. betrekking hebbend op eigenschappen van de persoonlijkheid
    • Hij was karakterologisch gezien niet geschikt voor deze functie. 
    • Hoewel hij karakterologisch misschien een heel geschikte kandidaat is, waren zijn diploma's toch onvoldoende.