kakelvers
- ka·kel·vers
- In de betekenis van ‘gloednieuw’ voor het eerst aangetroffen in 1957 [1]
- intensief, samenstelling van kakel ww en vers [2]
stellend | |
---|---|
onverbogen | kakelvers |
verbogen | kakelverse |
partitief | kakelvers |
kakelvers
- (van eieren) pas gelegd
- heel erg vers
kakelvers
- partitief van de stellende trap van kakelvers
- Dat is iets kakelvers...
- Het woord kakelvers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kakelvers" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "kakelvers" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kakelvers op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be