innsnevring
- inn·snev·ring
Naar frequentie | 78837 |
---|
- engte, vernauwing (bijv. bij een glass of een vaas)
- (figuurlijk) vernauwing (bijv. bewustzijnsvernauwing)
- (aardrijkskunde) (van een dal) vernauwing
- (medisch) (van een ader, de luchtpijp, de slokdarm, een wervelkanaal enz.) kanaalstenose, stenose, vernauwing
- (taalkunde) vernauwing (bij het spreken van bepaalde letters)
- (techniek) (van een geweerloop, van bepaald vuurwerk) vernauwing
- (verkeer) (van een weg) vernauwing
- [4]: forsnevring
- [4]: sammensnøring
- [4]: stenose
- inn·snev·ring
- Afleiding van het Nynorske werkwoord innsnevre met het voorvoegsel inn- en met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | innsnevring | innsnevringa | innsnevringar innsnevringer |
innsnevringane innsnevringene |
innsnevring, v
- engte, vernauwing (bijv. bij een glass of een vaas)
- (figuurlijk) vernauwing (bijv. bewustzijnsvernauwing)
- (aardrijkskunde) (van een dal) vernauwing
- (medisch) (van een ader, de luchtpijp, de slokdarm, een wervelkanaal enz.) kanaalstenose, stenose, vernauwing
- (taalkunde) vernauwing (bij het spreken van bepaalde letters)
- (techniek) (van een geweerloop, van bepaald vuurwerk) vernauwing
- (verkeer) (van een weg) vernauwing
- [4]: forsnevring
- [4]: stenose