ingestort
- in·ge·stort
- vervoeging van instorten: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van in en gestort ww
vervoeging van: | instorten… |
verbogen vorm: | ingestorte |
ingestort
- voltooid deelwoord van instorten
- vormt de voltooide tijden
- De aandelenmarkt is daarna volledig ingestort.
- ▸ Meteen liep ik naar mijn tent die onder het gewicht van de sneeuw voor de helft bleek te zijn ingestort.[1]
- ▸ Maar er moest ergens iets fout zijn gegaan, aangezien de hele gietvorm van de brugoverspanning in de slotfase was ingestort. Dat was het enige wat met zekerheid kon worden gezegd.[2]
- attributief gebruikt
- Het ingestorte huis moest geheel afgebroken worden.
- In Nederland staan mogelijk honderd tot honderdvijftig gebouwen met vloeren zoals die in de ingestorte parkeergarage zijn gebruikt. [3]
stellend | |
---|---|
onverbogen | ingestort |
verbogen | ingestorte |
partitief | ingestorts |
ingestort
- in elkaar gevallen, vervallen
- Het woord ingestort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ingestort" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ www.nu.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be