iføre
- i·fø·re
Naar frequentie | 87256 |
---|
stamtijd | |||
---|---|---|---|
onbepaalde wijs |
tegenwoordige tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
iføre |
ifører |
iførte |
iført |
volledig |
iføre
- overgankelijk: (kleding) aandoen, zich aankleden
- wederkerend: zich aankleden
- (figuurlijk), overgankelijk: uitrusten met, voorzien van
- iføre in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk