Een gestileerd hugenotenkruis waarin de armen door lelies zijn verbonden, met onderaan een duif.
  • hu·ge·no·ten·kruis
enkelvoud meervoud
naamwoord hugenotenkruis hugenotenkruisen
hugenotenkruizen
verkleinwoord hugenotenkruisje hugenotenkruisjes

het hugenotenkruiso

  1. (religie) (protestantisme) symbool gedragen door de Franse calvinisten: een Maltezer kruis waarvan de armen door een cirkelvormig motief zijn verbonden
     Het leek hem een uitkomst als de hervormden elkaar aan een bepaald uiterlijk teken - zoals het hugenotenkruis dat hij altijd droeg - direct als geestverwanten konden herkennen.[1]
  1.   Weblink bron
    Annemarie van Heerikhuizen
    “Pioniers van een verenigd Europa.”, proefschrift (1998), Universiteit van Amsterdam, ISBN 9076292019, p. 169 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren