hoofdbedrijfschap

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  hoofdbedrijfschap    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• hoofd·be·drijf·schap

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  hoofd zn  en  bedrijfschap zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	hoofdbedrijfschap	hoofdbedrijfschappen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het hoofdbedrijfschap o

1. (economie) een publiekrechtelijke organisatie in Nederland van de bedrijven die in eenzelfde branche werken

   ▸ Ook wordt er volgens hem steeds meer tweedehands-speelgoed verkocht, via Marktplaats bijvoorbeeld. "Speelgoed wordt door veel mensen toch ook gezien als luxe, als niet echt noodzakelijk", zegt Ruud Ververs van het Hoofdbedrijfschap Detailhandel. "En dus is speelgoed extreem conjunctuur-gevoelig".

   ▸ Er komt een landelijk register voor glazenwassers. Op die manier wil koepelorganisatie Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA) een einde maken aan criminele activiteiten binnen de branche.

Synoniemen

• hoofdbedrijfsschap

Gangbaarheid

• Het woord hoofdbedrijfschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.