hesp
- hesp
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hesp | hespen |
verkleinwoord | hespje | hespjes |
- (voeding) een stuk vlees uit de achterkant van een varken, met name de achterhesp
- Dat is een lekkere hesp.
- (gewestelijk), (voeding) het vlees van de achterkant van een varken
- Veel mensen vinden hesp heerlijk.
- (anatomie) de dij of bil van een mens
- Daar bevindt zich de hesp.
- [2] ham
- Het woord hesp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hesp" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "hesp" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ hesp op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- hesp
hesp m