heroveren
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
heroveren | heroverend |
herovering | heroverd |
- her·ove·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
heroveren |
heroverde |
heroverd |
zwak -d | volledig |
heroveren [1]
- overgankelijk, (militair) een eerder verloren positie opnieuw veroveren
- De stad werd heroverd en dit luidde het begin van het einde in.
- Poetin probeert met een koloniale oorlog Oekraïne te heroveren en de Oekraïense identiteit uit te roeien. Net als Stalin, de dictator die hij als een “efficiënte manager” ziet, acht hij het doden van burgers acceptabel. In tegenstelling tot Stalin erkent Poetin de Oekraïense identiteit niet eens. [2]
1. een eerder verloren positie opnieuw veroveren
- Het woord heroveren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "heroveren" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ www.niod.nl (21 mrt 2022)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be