handvleugelige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handvleugelige (hulp, bestand)
- IPA: / hɑntˈfløɣələɣə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- hand·vleu·ge·li·ge
Woordherkomst en -opbouw
- zn: leenvertaling van modern Latijn chiroptera, op te vatten als afleiding van handvleugelig bn met het achtervoegsel -e [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handvleugelige | handvleugeligen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de handvleugelige m
- (vleermuizen) (formeel) benaming voor zoogdieren uit de orde Chiroptera die kunnen vliegen dankzij een vlieghuid die hun staart en achterpoten verbind met de sterk verlengde vingers en zo twee vleugels vormt
- ▸ In het schijnsel van de gang zie ik iets wat het formaat heeft van een kleine handvleugelige, maar dit beestje is helemaal kaal.[2]
Synoniemen
- vleermuis (meer gangbaar)
Opmerkingen
- De meervoudsvorm "handvleugeligen" is gangbaarder dan het enkelvoud.
Hyponiemen
- zie de categorie: Vleermuizen in het Nederlands
Gangbaarheid
- Het woord 'handvleugelige' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Foon”, Singel Uitgeverijen, 2018, ISBN 9789021412092