grootoorhutia
- (IPA in voorbereiding)
- groot·oor·hu·tia
- samenstelling van grootoor zn en hutia zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grootoorhutia | grootoorhutia's |
verkleinwoord | grootoorhutiaatje | grootoorhutiaatjes |
grootoorhutia
- (knaagdieren) Mesocapromys auritus knaagdier uit de familie van de hutia's (Capromyidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Varona in 1970. De soort komt voor in Cuba
- Het woord 'grootoorhutia' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.