Nederlands

 
Groenhart
Uitspraak
Woordafbreking
  • groen·hart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groenhart groenharten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de groenhartv / m

  1. (plantkunde) Handroanthus serratifolius  ;[1] een neotropische boomsoort die o.a. in Suriname voorkomt
    • Het ligt in de bedoeling om 50 Schaduwbomen zoals de Groenhart, Jakaranda, Goudenregen, Flamboyant en Bosamandel te planten om een schaduwrijke omgeving te creëren. [2] 
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen