Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groei·kans
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groeikans groeikansen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de groeikansv / m

  1. de mogelijkheid om zich te kunnen ontwikkelen
    • Is dit een groeikans voor TruePrice.org? 'Nu werken we nog met zeven man, deels op subsidie, deels uit inkomsten van bedrijven. Volgend jaar denken we hier met 20 à 25 man te zitten.' [1] 
    • De beurswaarde van Hello Fresh wordt geraamd op ongeveer 2,5 miljard euro. Dominik Richter, mede-oprichter en bestuursvoorzitter van HelloFresh, zegt dat er een „enorme groeikans” is. Met de beursgang hoopt het bedrijf geld vrij te maken voor verdere groei.[2] 
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Volkskrant GERARD REIJN 30 oktober 2013
  2. NRC 28 oktober 2015
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be