grijze prieelvogel
- (IPA in voorbereiding)
- grij·ze pri·eel·vo·gel
- verbinding van grijze en prieelvogel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grijze prieelvogel | grijze prieelvogels |
verkleinwoord | grijs prieelvogeltje | grijze prieelvogeltjes |
de grijze prieelvogel m
- (zangvogels) Chlamydera nuchalis een van de ongeveer twintig soorten prieelvogels
- Het woord 'grijze prieelvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.