grijsrugboomgors
- (IPA in voorbereiding)
- grijs·rug·boom·gors
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grijsrugboomgors | grijsrugboomgorzen |
verkleinwoord | grijsrugboomgorsje | grijsrugboomgorsjes |
- (zangvogels) Poospiza goeringi een zangvogel uit de familie Thraupidae (tangaren). Deze soort is endemisch in de Andes van westelijk Venezuela
- Het woord 'grijsrugboomgors' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.