granulair
- gra·nu·lair
- afgeleid van het Franse granulaire met het achtervoegsel -air
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | granulair | granulairder | granulairst |
verbogen | granulaire | granulairdere | granulairste |
partitief | granulairs | granulairders | - |
granulair [1]
- Het woord granulair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "granulair" herkend door:
70 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be