granaatappelboom
- gra·naat·ap·pel·boom
- samenstelling van granaatappel en boom
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | granaatappelboom | granaatappelbomen |
verkleinwoord | granaatappelboompje | granaatappelboompjes |
de granaatappelboom m
- (bloemplanten) Punica granatum , een tot zes meter hoge struik uit de kattenstaartfamilie (Lythraceae) dan wel de familie Punicaceae (orde is in revisie) met lange, doornige takken
- De eerste afbeeldingen van de granaatappelboom zijn gevonden op grafschilderingen van de Egyptenaren van 2500 voor Christus.
1. Punica granatum, een tot zes meter hoge struik uit de kattenstaartfamilie (Lythraceae)...
- Het woord granaatappelboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.