Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gort·droog
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen gortdroog
verbogen gortdroge
partitief gortdroogs

Bijvoeglijk naamwoord

gortdroog

  1. bijzonder droog, zo droog als gort
    • Het gortdroge oude brood was werkelijk niet meer te eten. 

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be