• gla·cis
enkelvoud meervoud
naamwoord glacis glacis
verkleinwoord - -

het glaciso

  1. doorschijnende laag (verf die niet dekt)
  2. (bouwkunde) hellende lijst of dorpel in de bouwkunde
  3. (militair) helling aan de buitenkant van een vesting of fort
  4. meervoud van het zelfstandig naamwoord glacis
24 % van de Nederlanders;
20 % van de Vlamingen.[3]