• IPA: /ˈdʒoːviˌne/
  • gio·vi·ne
  • Van het Vulgair-Latijnse *io̩venę, een nevenvorm van het klassieke iŭvenis ("jong, jongeman"). Deze klankwettige vorm wordt in het Standaarditaliaans als ouderwets ervaren. Gangbaarder is de vorm giovane.
enkelvoud meervoud
mannelijk giovine giovini
vrouwelijk giovine giovini

giovine

  1. jong, jeugdig
  2. onervaren, onrijp
enkelvoud meervoud
giovine giovini

giovine m/v

  1. jongere
  2. jongeman, jong meisje
  1. Voor nevenvormen en andere afleidingen: zie giovane.
  2. Voor nevenvormen en andere afleidingen: zie giovane.