Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gier·pont
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gierpont gierponten
verkleinwoord gierpontje gierpontjes

Zelfstandig naamwoord

de gierpontv / m

  1. (scheepvaart) (verkeer) een pont die vast zit aan een kabel die bevestigd is aan een punt in het midden op de bodem van de rivier

Meer informatie

Gangbaarheid