geverseerd

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  geverseerd    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ge·ver·seerd

Woordherkomst en -opbouw

• vervoeging van verseren: de stam met omvoegsel ge- -d

Werkwoord

vervoeging van:	verseren…
verbogen vorm:	geverseerde

geverseerd

1. voltooid deelwoord van verseren

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	geverseerd	geverseerder	geverseerdst
verbogen	(geverseerde)		geverseerdste
partitief	geverseerds	geverseerders	-

Bijvoeglijk naamwoord

geverseerd

1. ervaring hebbend in

   ▸ Voorts zijn beide beroepsgroepen zeer geverseerd in financiële zaken: er is dus een grote ‘overlap’ van deskundigheid.

Synoniemen

• bedreven, bekwaam, ervaren, onderlegd

Afgeleide begrippen

• geverseerdheid

Gangbaarheid

• Het woord geverseerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.