Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·tui·ge·nis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord getuigenis getuigenissen
verkleinwoord getuigenisje getuigenisjes

Zelfstandig naamwoord

getuigenis o of v

  1. een verklaring over een persoon of zaak
    • We moesten allen een getuigenis afleggen over wat we gezien hadden. 
  2. een bewijs
  3. de openbaring van God aan de mensen
    • Het getuigenis van de schepping is een belangrijk iets in de bijbel. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen