Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·re·for·meer·de

Werkwoord

vervoeging van: reformeren…
verbogen vorm: gereformeerdee

gereformeerde

  1. verbogen vorm van gereformeerd, voltooid deelwoord van reformeren

Bijvoeglijk naamwoord

gereformeerde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gereformeerd

Gangbaarheid