gele mombinpruim
- (IPA in voorbereiding)
- ge·le mom·bin·pruim
- verbinding van gele en mombinpruim
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gele mombinpruim | gele mombinpruimen |
verkleinwoord | geel mombinpruimpje | gele mombinpruimpjes |
- (bloemplanten) Spondias mombin een plant uit de pruikenboomfamilie (Anacardiaceae ) Het is een 20–30 m hoge, eenhuizige boom, die in droge tijden zijn bladeren verliest. De stam is tot 60–75 cm dik en heeft diepe groeven
- (fruit) goudgele, ovale, tot 4 × 3 cm grote steenvrucht van deze boom. De schil is dun, stevig, glad en glanzend. Het vruchtvlees is volrijp zeer sappig, glazig oranje, tot 5 mm dik en heeft een aangename zoetzure smaak die aan pruimen doet denken. De enige pit is eivormig, creme, houtig, in de lengte gerimpeld en tot 2,5 × 1,7 cm groot. De vruchten kunnen volrijp als handfruit worden genuttigd of met suiker worden ingekookt en tot gelei, marmelade en jam worden verwerkt. De kernen van de pitten zijn ook eetbaar. Van het sap kunnen sappen en frisdranken worden gemaakt
- Het woord 'gele mombinpruim' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] gele mombinpruim op Wikidata