gekroonde ganzenbloem
- (IPA in voorbereiding)
- ge·kroon·de gan·zen·bloem
- verbinding van gekroonde en ganzenbloem
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gekroonde ganzenbloem | gekroonde ganzenbloemen |
verkleinwoord | gekroond ganzenbloemetje | gekroonde ganzenbloemetjes |
de gekroonde ganzenbloem v
- (bloemplanten) Glebionis coronaria een eenjarige plant uit de composietenfamilie (Asteraceae of Compositae). Er zijn twee variëteiten: Glebionis coronaria var. coronaria en Glebionis coronaria var. discolor. De plant komt van nature voor in het Middellandse Zeegebied en verder naar het oosten toe tot in Iran en naar het westen toe tot op de Canarische eilanden. In Nederland is de plant een adventief en komt vrij zeldzaam voor. De gekroonde ganzenbloem wordt wel uitgezaaid in bermen en in sommige heemtuinen. De plant wordt toegepast als sierplant en groente. De gekroonde ganzenbloem groeit goed in milde en gematigde klimaten, maar vormt bij te warm zomerweer voortijdig bloemknoppen
- Het woord 'gekroonde ganzenbloem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] gekroonde ganzenbloem in het Nederlands Soortenregister N
- [1] gekroonde ganzenbloem op Wikidata