gebenedijd

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gebenedijd    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ge·be·ne·dijd

Woordherkomst en -opbouw

• vervoeging van benedijen: de stam met omvoegsel ge- -d

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	gebenedijd	gebenedijder	gebenedijdst
verbogen	gebenedijde	gebenedijdere	gebenedijdste
partitief	gebenedijds	gebenedijders	-

Bijvoeglijk naamwoord

gebenedijd

1. gezegend, geloofd

Werkwoord

vervoeging van:	benedijen…
verbogen vorm:	gebenedijde

gebenedijd

1. voltooid deelwoord van benedijen

Gangbaarheid

• Het woord gebenedijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gebenedijd" herkend door:

39 %	van de Nederlanders;
54 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.