gøde

Deens

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈgøːðə /

Woordafbreking

• gø·de

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord gœða

Naar frequentie	32434

stamtijd
onbepaalde wijs	tegenwoordige tijd	verleden tijd	voltooid deelwoord
gøde	gøder	gødede	gødet
	volledig

Werkwoord

gøde

1. (landbouw) bemesten, mesten
2. (figuurlijk) bevorderen, ondersteunen

Verdere woordvormen

• gød (gebiedende wijs)
• gødende (onvoltooid deelwoord)
• gødes (lijdende vorm)

Synoniemen

• [1]: gødske
• [2]: fremme

Hyperoniemen

• [1]: sprede
• [1]: tilføre

Afgeleide begrippen

• [1]: gødning
• [1]: overgøde

Verwante begrippen

• [1]: næringsstof

Typische woordcombinaties

• [1]: gøde jordbunden

de grond bemesten

• [1]: gøde jorden

de grond bemesten

Verwijzingen

• gøde in:
  Det Danske Sprog- og Litteraturselskab
  Den Dankse Ordbog op website:ordnet.dk