flamencozanger
- fla·men·co·zan·ger
- samenstelling van flamenco zn en zanger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | flamencozanger | flamencozangers |
verkleinwoord |
de flamencozanger m
- (muziek) persoon die Spaanse flamencoliederen ten gehore brengt
- ▸ Volgens Rop Zoutberg is de animo voor de protesten extra groot omdat er in korte tijd meer zaken van partnergeweld in het nieuws waren. Een flamencozanger werd aangeklaagd voor mishandeling van zijn vriendin. "Vrouwen zijn alleen maar uit op je geld", zei hij bij het verlaten van het politiebureau. Die uitspraak leidde tot verontwaardiging onder Spaanse vrouwen.[1]
- Het woord flamencozanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “'Spaanse vader vermoordde kinderen thuis en gooide hen in zee'” (Zaterdag 12 juni 2021, 14:15), NOS