Nederlands

 
1.2 Een foto met een fisheye in een kerk.
Uitspraak
Woordafbreking
  • fish·eye
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fisheye fisheyes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het fisheyeo

  1. (optica) lens die door korte brandpuntsafstand een beeldhoek van meer dan 180° heeft
     Achterdochtige mensen lieten in de voordeur een klein lensje maken, een ‘fisheye’ waardoor ze konden zien wat er in de portiek of het trapportaal gebeurde.[1]
    1. (fotografie) gebruikt voor opnamen met een perspectief waarin wat dichtbij staat erg groot en wat verder weg staat erg klein wordt
       Herfst ziet er ook veel foto’s tussen die gemaakt zijn met verschillende lenzen, wat overigens niet altijd even goed uitpakt. „Met een gematigde groothoeklens kun je wat ruimte pakken, maar het moet wel relevant blijven. Met een supergroothoek werp je alles meteen heel ver weg, je voelt de verhoudingen niet meer goed. En met een ‘fisheye’ ben je meer bezig met acrobatische fotografie. Een maniertje, louter effectbejag. Waarom zou je dat willen?”[2]
    2. (verlichting) gebruikt om het licht van een lamp gelijkmatig te verdelen
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    S. Montag
    “Jungle” (6 december 2008) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Jos Jägers
    “Een goed standpunt is het halve werk” (20 juli 2018) op nrc.nl