fietsersairbag

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  fietsersairbag    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• fiet·sers·air·bag

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  fietser zn  en  airbag zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	fietsersairbag	fietsersairbags
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de fietsersairbag m

1. airbag aan de voorkant van een auto die dient om een fietser tijdens een botsing te beschermen

   ▸ Slechts een beetje hoofdpijn in plaats van overlijden. Dat is het verschil dat een fietsersairbag kan maken, aldus TNO. Het onderzoeksbureau hield vandaag een succesvolle botsproef met een auto uitgerust met een fietsersairbag en een fietser. Tenminste, een dummy op een fiets.

   ▸ Fietsersairbag beperkt aantal doden

Synoniemen

• fietsairbag

Gangbaarheid

• Het woord fietsersairbag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.