fenomenologisch
- fe·no·me·no·lo·gisch
- afgeleid van fenomenologie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | fenomenologisch | fenomenologischer | |
verbogen | fenomenologische | fenomenologischere | |
partitief | fenomenologisch | fenomenologischers | - |
fenomenologisch
- (filosofie) betrekking hebbend op de fenomenologie
- (wetenschap) zonder theorie of andere hypothese geformuleerd over de oorzaken van de waargenomen verschijnselen (dus waarbij geen moleculaire of atomaire begrippen of beschouwingswijzen in het geding worden gebracht)
- Het woord fenomenologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.