excellentie
- Geluid: excellentie (hulp, bestand)
- ex·cel·len·tie
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘titel van hoge staatsdienaar’ voor het eerst aangetroffen in 1583 [1]
- afgeleid van excellent met het achtervoegsel -ie
- Naamwoord van handeling van excelleren met het achtervoegsel -entie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | excellentie | excellenties |
verkleinwoord | - | - |
de excellentie v
- het excellent zijn, de uitmuntendheid, voortreffelijkheid
- aanspreektitel van sommige hoogwaardigheidsbekleders
1. uitmuntendheid
- Het woord excellentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "excellentie" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "excellentie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be