voortreffelijkheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voor·tref·fe·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voortreffelijkheid voortreffelijkheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de voortreffelijkheidv

  1. buitengewoon goed zijn

Gangbaarheid