• even·min als
  • vorm van het reeksvormend voegwoord evenmin … als … die ontstaat doordat evenmin ook kan worden geplaatst na de zinsnede waar het bijhoort. [1]

evenmin als

  1. en ook niet
    • De stoep is voor fietsen evenmin als voor auto's bedoeld. 
  • Soms is de betekenis niet zuiver nevenschikkend en is het deel na "als" meer een argument voor het deel na "evenmin":
    • Je moet dingen van een ander evenmin als je eigen spullen beschadigen. 
  1.   Weblink bron
    W. Haeseryn e.a.
    “25.12.2.1 Algemeen” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)