etherisch
- ethe·risch
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘vergeestelijkt’ voor het eerst aangetroffen in 1855 [1]
- afgeleid van ether met het achtervoegsel -isch [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | etherisch | etherischer | |
verbogen | etherische | etherischere | |
partitief | etherisch | etherischers | - |
etherisch
- snel vervliegend
- Zij kocht een flesje met etherische olie.
- ijl en ongrijpbaar
- Is dat een etherisch lichaam?
- ▸ Zij grossierde niet bepaald in vormen. Met haar benige, tanige en uitgemergelde gestalte was zij meer iemand van duidelijke en consequente lijnen. Maar zij was in haar etherische hardheid onmiskenbaar fascinerend.[3]
- Het woord etherisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "etherisch" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "etherisch" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ etherisch op website: Etymologiebank.nl
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 31
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be