Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • elek·tro·ni·ca·zaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord elektronicazaak elektronicazaken
verkleinwoord elektronicazaakje elektronicazaakjes

Zelfstandig naamwoord

de elektronicazaakv / m

  1. (economie) winkel waarin men elektronische apparatuur kan kopen
     Een elektronicazaak in Hongkong verkoopt snelle computers bedoeld om bitcoins te minen[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “China pakt cryptomunten steeds harder aan: wat zijn de gevolgen voor bitcoin?” (22-06-2021), NOS