• ebo·la·vi·rus
enkelvoud meervoud
naamwoord ebolavirus ebolavirussen
verkleinwoord ebolavirusje ebolavirusjes

het ebolaviruso

  1. (medisch) (virussen) benaming voor het geslacht Ebolavirus   uit de familie van de filovirussen Filoviridae  , dat de dodelijke ziekte ebola veroorzaakt
    • Het ebolavirus heeft in Guinee minder levens geëist dan tot nu toe werd gedacht.[3]