dubbelwandig glas
  • dub·bel·wan·dig
  • Samenstellende afleiding van dubbel en wand met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen dubbelwandig
verbogen dubbelwandige
partitief dubbelwandigs

dubbelwandig [1]

  1. met een wand die uit twee lagen bestaat
     Maandenlang had ik alle specificaties van tenten bestudeerd: gewicht, ruimte, kosten, duurzaamheid, dubbelwandig, enkelwandig, vrijstaand, camouflagemotief, cuben fiber en nylon.[2]
     ,,En dan al die militairen op zoek naar verborgen ruimten, blaast een ander. ,,De wagens zijn dubbelwandig met een dikke laag isolatie ertussen. Heel erg verborgen, hoor.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  3.   Weblink bron
    Yorick Roos & Jorina Haspels
    “Kampbewoners balen van 'overdreven' politie-inval” (03-01-2009), Tubantia