Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • drie·kan·ti·ge bies
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord driekantige bies driekantige biezen
verkleinwoord driekantig biesje driekantige biesjes

Zelfstandig naamwoord

de driekantige biesv / m

  1. (bloemplanten) Schoenoplectus triqueter   een overblijvende plant, die behoort tot de cypergrassenfamilie (Cyperaceae  ). De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten   als zeldzaam en sterk in aantal afgenomen. De plant komt voor in Europa, Azië en Zuid-Afrika
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie