driehonderdenzeventig
0 | 3 | 7 | 0 |
driehonderdenzeventig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdenzeventig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈsevə(n)təx / (7 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'driehonderdennegentig': /ˌdrihɔndərtɛnˈzøvəntəx/
- drie·hon·derd·en·ze·ven·tig
- samenstellende samenstelling van driehonderd ht, en vw en zeventig ht
driehonderdenzeventig
- "370", langere vorm van driehonderdzeventig, driehonderd plus zeventig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft driehonderdenzeventig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdenzeventig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- driehonderdzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdenzeventig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "driehonderdenzeventig" ht als linkerdeel
- Het woord 'driehonderdenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)