driehonderdenvijfenvijftig

Nederlands

0	3	5	5

driehonderdenvijfenvijftig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  driehonderdenvijfenvijftig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈvɛifənˌfɛiftəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• drie·hon·derd·en·vijf·en·vijf·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  driehonderd ht,   en vw  en  vijfenvijftig ht 

Hoofdtelwoord

driehonderdenvijfenvijftig

1. "355", langere vorm van driehonderdvijfenvijftig, driehonderd plus vijfenvijftig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft driehonderdenvijfenvijftig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdenvijfenvijftig. 

Synoniemen

• driehonderdvijfenvijftig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdenvijfenvijftig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• driehonderdenvijfenvijftigste

hooftelwoord samengesteld met "driehonderdenvijfenvijftig" ht als linkerdeel

• driehonderdenvijfenvijftigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'driehonderdenvijfenvijftig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.