driehonderdennegenenzestig

Nederlands

0	3	6	9

driehonderdennegenenzestig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  driehonderdennegenenzestig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈneɣənənˌsɛstəx / (9 lettergrepen)

Woordafbreking

• drie·hon·derd·en·ne·gen·en·zes·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  driehonderd ht,   en vw  en  negenenzestig ht 

Hoofdtelwoord

driehonderdennegenenzestig

1. "369", langere vorm van driehonderdnegenenzestig, driehonderd plus negenenzestig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft driehonderdennegenenzestig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdennegenenzestig. 

Synoniemen

• driehonderdnegenenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdennegenenzestig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• driehonderdennegenenzestigste

hooftelwoord samengesteld met "driehonderdennegenenzestig" ht als linkerdeel

• driehonderdennegenenzestigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'driehonderdennegenenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.