driehonderdennegenentachtig
0 | 3 | 8 | 9 |
driehonderdennegenentachtig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdennegenentachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈneɣənənˌtɑxtəx / (9 lettergrepen)
- drie·hon·derd·en·ne·gen·en·tach·tig
driehonderdennegenentachtig
- "389", langere vorm van driehonderdnegenentachtig, driehonderd plus negenentachtig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft driehonderdennegenentachtig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdennegenentachtig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- driehonderdnegenentachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdennegenentachtig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "driehonderdennegenentachtig" ht als linkerdeel
- Het woord 'driehonderdennegenentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)